Willem Boogman

composer


Composer Portrait - Review (Dutch)

Angeline ter Winkel: Recensie Componistenportet Willem Boogman | Gezien 24 februari 2019, Orgelpark Amsterdam


Wetering, Geerten van de_Macrander, Sandra_samen_klein
Geerten van de Wetering & Sandra Macrander
Foto: © Co Broerse


Het concert begint als een wervelwind. Het orgel barst los en performer / zangeres Sandra Macrander wervelt over het podium, terwijl ze zacht teksten prevelt die we – zoals bedoeld- niet kunnen verstaan. Krachtig, dynamisch en intrigerend. Bovendien zijn we als luisteraars meteen opgezogen in de geweldige akoestiek van deze zaal in het Orgelpark. Dit was: ›Wals‹ uit: Nous le chant III voor ›The Busy Drone‹.

Het is een middag waarin we als publiek verwend worden met in totaal acht stukken van Willem Boogman, onderbroken door twee kleine pauzes. Er komt bovendien een keur aan instrumenten voorbij. Strijkkwartet, blazers, een piccolosolo, zangsolo, pianosolo, accordeon en uiteraard: orgel. Het is afwisselend, rijk, interessant: een feest van de moderne muziek.

Willem Boogman (1955) speelt graag met ›het DNA van de muziek‹, zoals hijzelf zegt in zijn inleiding: ›De muzikale elementen zijn mijn materiaal waarmee ik als componist werk en waarmee ik dagelijks omga.‹
Boogman ontrafelt muziek en zet het opnieuw in elkaar zoals Mondriaan de schilderkunst heeft geabstraheerd tot het kern-DNA.
Bij Boogman leidt dit doorgaans tot een geamuseerde blik op muziek. In de kern is het niet ›zwaar‹, zoals veel moderne klassieke muziek, maar licht, positief, speels en esthetisch. Niet voor niks heet een serie solostukken van hem ›Genieting‹. Deze middag hoorden we Genieting VII voor piano en Genieting VI voor piccolo. Met name die laatste vond ik een muzikaal speelse verrassing. Ook hoor je zelden een solo-stuk voor piccolo.

Een mooie rol was uiteraard weggelegd voor het orgel. Nooit eerder hoorde ik het orgel zo anders dan hier. Niet het bekende pompeuze instrument, met de hoekige aanslag zoals het doorgaans te horen is, maar wederom: licht, sierlijk, zacht en speels.
Het tweede stuk van die middag Duik langs het koraalrif, Editie I voor accordeon en automatische orgels (arr. Trevor Grahl) was een prachtig samengaan van accordeon en orgel. Muzikale lijnen die langs elkaar en over elkaar buitelen en in een subtiel spel. Organist Geerten van de Wetering maakte hierin meteen al indruk en bleef dat de hele middag doen. Met grote toewijding speelde deze man alles zoals het bedoeld leek te zijn en ook nog eens, voor zover ik kon horen, foutloos.

Ik ga niet ieder stuk bespreken, maar noem enkele die eruit sprongen. Na de pauze kregen we een goed uitgevoerde performance van Sandra Macrander, ditmaal met sterk verzorgde zang (mezzo-sopraan). Dit vormde een aangename afwisseling met de muziekstukken op deze middag en maakte het pallet aan muzikale vormen en dus ook theatrale vormen aangenaam rijk.

Na de tweede pauze kregen we nog blazers met het orgel in The Road to Here en tot slot het Intermezzi. Modulationes super Passionem secundum Joannem voor accordeon en strijkkwartet. Een prachtig stuk, waarmee Boogman de Johannes Passie in korte stukken heeft onderbroken. Dit heb ik eerder in zijn geheel gehoord in een kerk in Utrecht en vond het toen al indrukwekkend en zeer goed getroffen. Deze middag werd het bovendien perfect uitgevoerd. Het geluid van brekend glas in deze compositie is sterk gevonden, maar had ik liever achter de schermen zien gebeuren, dan in het beeld. Dit was een onbedoelde extra performance, die in concentratie afleidde waar het in dit stuk om ging: geconcentreerd luisteren. Een kleine kanttekening op een middag die al met al een feest was voor de moderne muziek.


Musici
Vincent van Amsterdam, accordeon
Janneke van Prooijen en Emma Breedveld, viool
Frank Brakkee, altviool
Eilidh Martin, cello
Ilonka Kolthof, piccolo
Bobby Mitchell, piano
het koperkwartet van Neo-fanfare 9×13
Arthur Kerklaan en Anneke Romeijn, trompet
Pierre Buizer, hoorn
Anton van Houten, trombone
Sandra Macrander, mezzosopraan en performer
Geerten van de Wetering, orgel

Review Passacaglia for flute

Rachel Shirley in: Pan, The Journal of the British Flute Society, November 2017:

›This Passacaglia for solo flute, written in 2015, is a set of seven variations on an original theme. It is an intriguing, melancholy melody, starting so quietly the part is marked to play »to yourself«. The whole piece requires great control over dynamics – often alternating between a loud low register and quiet high register in the variations – to bring out the different ›voices‹ in the variations, »as if there were more players«. Boogman has drawn inspiration from J.S. Bach and this is evident in the way he develops the material through the variations, before slowing and fading back into the theme to end. A thoughtful short piece which would work well alongside Baroque repertoire, showing some of the same techniques in a contemporary context.‹

Raving - Reviews

The Netherlands Radio Philharmonisch Orchestra conducted by Reinbert de Leeuw premiered Raving for orchestra and Electronic Dance Pulse, on 01/02/2014 during the ZaterdagMatinee in the Concertgebouw, Amsterdam. The performance was broadcast by the Dutch Radio.

Raving_Concertgebouw

Here are some reviews!

Merlijn Kerkhof | NRC, 03/02/2014:
›Intense and exciting new works by De Leeuw and Boogman‹
›particularly rewarding was the world première of Raving by Willem Boogman (1955), which was heard before the interval. While De Leeuw employs standard techniques, Boogman introduces a house beat with an ‘80s slap bass. The dull thuds worked wonderfully in the Concertgebouw’s Large Hall.‹

Frits van der Waa | De Volkskrant, 03/02/2014:
›The mechanical electronic pulse which forms a central element of Willem Boogman’s Raving reveals that the 58-year-old composer has not remained deaf to relatively recent dance music. Equally that does come as a surprise, since he’s always excelled at producing chiselled, refined and relatively esoteric music.
But this twenty minute long orchestral work – his first – is also anything but coarse. The material is (-) limited: a four-note signal motif and a step by step ascending and descending theme, but Boogman moulds out of this an adventurous and compelling, at times even witty, argument. (-) in the particularly skilful orchestration is a hint of Mahler and John Adams.‹

Merlijn Kerkhof | NRC, 03/02/2014:
›Intens en boeiend nieuw werk De Leeuw en Boogman‹
›(-) zeer de moeite waard was de wereldpremière Raving van Willem Boogman (1955), die voor de pauze klonk. Waar De Leeuw gangbare technieken hanteerde, bracht Boogman een housebeat met jaren-tachtig-slapbass binnen. De doffe klappen klonken wonderwel in de Grote Zaal.‹

Frits van der Waa | De Volkskrant, 03/02/2014:
›De mechanische elektronische puls die een centraal bestanddeel is van Willem Boogmans Raving verraadt dat de 58-jarige componist niet doof is gebleven voor de relatief nieuwe dancemuziek. Evengoed is dat een verrassing, omdat hij altijd uitblonk in geciseleerde, verfijnde en betrekkelijk esoterische muziek.
Maar ook dit twintig minuten durende orkestwerk - zijn eerste - is allesbehalve plat. Het materiaal is (-) beperkt: een viertonig signaalmotief en een trapsgewijs klimmend en dalend gegeven, maar Boogman boetseert daaruit een avontuurlijk en meeslepend, soms ook geestig betoog. (-) de bijzonder vakkundige orkestratie zweemt naar Mahler en John Adams.‹

Listen to Raving here (from 29:30):
>>

Sternenrest - review

Spectra Ensemble brengt wonderlijke sterrenmuziek
September 29, 2011, by Charles Strijd

The Festival of Flanders made clear on Monday evening why it chose ›stars‹ as its theme for this year. In the Boekentoren (Ghent University Library Reading Room) the Spectra Ensemble gave a special concert, that was utterly ›celestial‹. With the chairs arranged in a spiral (like a revolving star), the listeners enjoyed what emerged from the 200 speakers placed around them. A marvellous event, which aroused astonishment and amazement, and conjured up a complete wall of sound.‹
›As we have said: a marvellous event, which cannot be described as either beautiful or not beautiful. That is actually not the important thing either. It is a fantastic sound experiment (-). Whoever experienced it will remember it for a long time – a unique piece of music.‹

Gent_2627092011 015
foto: Sandra Macrander

›Het Festival van Vlaanderen maakte maandagavond duidelijk waarom het als thema ›stars‹ gekozen heeft voor dit jaar. In de Boekentoren gaf het Spectra Ensemble een bijzonder concert, dat volledig ›hemels‹ was. Met de stoelen in een spiraal opgesteld (als ware het een draaiende ster) genoten de toehoorders van 200 speakers die rondom hen geplaatst waren. Een wonderlijk gebeuren, dat bevreemding, verwondering en een totale geluidsmuur opriep.‹
›Zoals gezegd; een wonderlijk gebeuren, waarbij je niet kan zeggen mooi of niet mooi. Dat is ook eigenlijk niet van belang. Het is een fantastisch geluidsexperiment (-). Wie erbij was zal het zich lang herinneren, een uniek stuk muziek.‹

La Passione della Parola - Review (Dutch)

8WEEKLY.nl: Recensie Boogman — La Passione della Parole (en werken van Biber en Montiverdi), geplaatst op 25 februari 2010 | Gezien 21 februari 2010, ZaterdagMatinee in het Concertgebouw, Amsterdam

Sublieme première van La Passione della Parole
De aandacht van deze ZaterdagMatinee ging vooral uit naar de eerste uitvoering van La Passione della Parole (het lijdensverhaal van het Woord) voor eenentwintigstemmig gemengd koor van Willem Boogman (1955), geschreven in opdracht van en voor het Nederlands Kamerkoor. De oorspronkelijke opzet was de Millenniumviering en de geboorte van Christus, maar dit idee werd uiteindelijk losgelaten. Hiervoor in de plaats kwam het ruimere en algemenere begrip van ›geboorte‹, ›begin en ontstaan‹, waarbij de verkenning van het Woord, in vele facetten, het hoofdthema werd.
Het werk van symfonische omvang (bijna 55 minuten) is opgebouwd uit 6 delen, met in (bijna) elk deel een openingskoraal, als een soort houvast (›als een huis‹, zoals de componist het noemt), en een afsluitend, door een solist met begeleidend koor gezongen, Lied op een gedicht van Vasalis. Door de delen heen gebruikt Boogman tekstfragmenten van onder anderen de middeleeuwse mysticus Meister Eckhart, en dichters TS Eliot en Rilke. Boogman gaat gedurende het hele stuk op zoek naar de betekenis van het Woord, naar wat klank is en wat dit misschien niet meer is, en doet dit door middel van het gebruik van vele ongebruikelijke ruis-, fluister-, sis- klik-klak-, plop-, fffff-, en brrr-klanken, maar ook door lachen, ›gewoon‹ praten, klappen en het wrijven in de handen en vingerknippen.
Om een nieuw begin te kunnen maken, wordt de luisteraar in het eerste deel, ›Exodus‹ de woestijn in gevoerd. Hier is het Woord ontdaan van zijn betekenis en functie en ligt het als dood of half dood in het zand. De geboorte, het nieuwe begin, wordt in het tweede deel (›Opstanding‹) verkend. In deel drie (›Optreden‹) onderzoekt Boogman de sporen, de echo’s die het Woord achterlaat. In het vierde deel (›Offer‹) wordt het Woord weer poëzie en muziek. Via het vijfde deel (›Overgang‹) worden de klanken extatischer om uiteindelijk uit te monden in een apotheotisch (›Overgave›), met een slotkoraal: ›Das ungewordne Wort wird mitten in der Zeit/Was Es nie is gewest in aller Ewigkeit‹.

Droomuitvoering
Het fantastisch zingende Nederlands Kamerkoor bezorgde onder de trefzekere leiding van dirigent Klaas Stok (die zich ook nog even vocaal mocht laten gelden) het complexe werk een droomvertolking. Elke klank, elke nuance, elke toon; het klonk allemaal even glashelder. Regendruppels zijn niet mooier nagebootst zoals dat gebeurde in het slot van het tweede deel!
Over het Woord gesproken: het is jammer dat een nieuw werk van een dusdanige complexiteit en omvang zonder enige gesproken toelichting vooraf aan het publiek wordt gepresenteerd. Het programmaboekje is zonder meer verhelderend, maar in een pauze is er doorgaans te weinig tijd en aandacht om een uitgebreide toelichting door te lezen. Hierdoor word je bijna gedwongen dit tijdens de uitvoering zelf te doen (of niet, maar in beide gevallen gaat er dan iets verloren). Het zou prettig zijn geweest als er bijvoorbeeld een kort gesprekje met de componist, dirigent of koorlid aan vooraf was gegaan zodat de nieuwsgierigheid van het publiek wordt geprikkeld.


Nederlands Kamerkoor o.l.v. Klaas Stok / Holland Baroque Society o.l.v. Andrea Marcon